Joris Vijverberg vraagt zich af of Leiden wel veel beter moet, want: "dan trekt dat veel mensen aan en wordt het drukker in de stad. Als bewoner van Leiden zit ik daar niet op te wachten." Toch wil hij uiteindelijk de stad wel sfeervoller. Hij ziet mogelijkheden in het compacter maken van de stad. "Mijn voorstel is daarom om het centrum tussen Breestraat en Rapenburg als winkelgebied te gaan ontwikkelen en de Haarlemmerstraat te laten 'doodbloeden'."
Ontdekkingswinkels
Ook Erik Lathouwers heeft de hoop opgegeven dat het nog wat wordt met de Haarlemmerstraat. Dat compacter maken van de stad vinden een aantal mensen een goed idee. Huub Schuurmans vindt dat in dat gebied dan vooral 'ontdekkingswinkels' moeten komen. Dat past naar zijn idee goed in de toekomstvisie 'Stad van Ontdekkingen'.
Bijzondere producten
Eric Flanderhijn heeft een winkeltje in de Pieterswijk, het gebied tussen Breestraat en Rapenburg. Hij verkoopt producten die in Nederland (bijna) niet te krijgen zijn. "Dit heeft tot gevolg dat ik onderhand klanten uit alle hoeken en gaten van het land in mijn winkeltje ontvang", schrijft hij. "De Pieterswijk heeft gelukkig meer van dit soort winkeltjes, en dat is ook goed te merken aan de voorbijgangers die vaak naar binnen staan te gluren of de weg vragen naar een ander apart winkeltje."
Economische kansenzones
Michaël Roumen vindt dat dit soort gebieden moeten worden gestimuleerd door ze tot 'economische kansenzone' te benoemen. "Biedt incentives aan ondernemers / winkeliers die zich in deze zone willen vestigen of er al zitten. Bijvoorbeeld door een steuntje in de rug te geven aan starters, winkeliers die hun gevel willen opknappen en winkeliers die structurele investeringen willen doen om hun aanbod te verbeteren." Volgens hem kun je daar voorwaarden aan verbinden, zoals: "niet meer dan 2 belwinkels, geen snackgerelateerde bedrijven, uniforme uitsraling gevels, geen reclameuitingen op de straat, winkels moeten samenwerken met de buurwinkels etc."
Wordt vervolgd.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten