maandag 17 augustus 2009

Mag het een kilo méér zijn?

Ik liep door Kopenhagen en dacht aan een troosteloze wipkip in Leiden. Hij staat vlak bij mijn kantoor, op een door onkruid overwoekerd pleintje waar nooit iemand komt, helemaal allenig. Hoe kwam dat zo?

Relaxt, opgeruimd, schoon
In Kopenhagen viel het me op dat bijna alles in ruime mate aanwezig is. Zo veel vuilnisbakken dat ze nooit vol zijn. En dat het er altijd opgeruimd is. Zo veel speeltuinen dat er altijd één in de buurt is. Zo veel bankjes in het park dat er altijd een vrij is. Zo veel fietsenstallingen dat je altijd kunt parkeren. Het is één van de redenen waarom Kopenhagen als een super relaxete, schone, opgeruimde stad voelt.

Minimum Normen
Toen viel het kwartje. Opeens werd duidelijk waarom ik zo nu en dan het gevoel heb dat ik net een energieremmend medicijn heb ingenomen als ik van Stad(sbouw)huis ben gekomen. De cultuur in ambtelijk en politiek Leiden heeft zich zo ontwikkeld dat wij veel denken in termen van Minimum Normen.

Pavlov-reactie
Op veel enigszins ambitieus gepresenteerde plannen volgt een soort Pavlov-reactie: kan het ook minder? Wat is het minimum aantal wipkippen per vierkante kilometer? Dan moeten we er dáár een neerzetten! Hoeveel bomen/groen zijn er minimaal nodig per inwoner of per vierkante kilometer? Dan leggen we dáár een strookje gras aan.

Net te weinig
Daarom is alles in Leiden nét te weinig, soms veel te weinig: nét te weinig vuilnisbakken, zodat de meeuwen op zaterdag voor hulpvuilnisman kunnen spelen. Parkeervakken in parkeergarages die zulke minimale afmetingen hebben, dat een een slangenmens moet zijn om eruit te komen. Fietsen zijn altijd op en in elkaar gepropt omdat we zelfs na decennia fietsparkeerproblematiek nog steeds de benodigde aantallen te laag inschatten. Zo weinig parken dat je kilometers moet fietsen om echt een beetje adem te halen.

Mag het een onsje méér zijn? Of nee: een kilo?

P.S. de eerlijkheid gebiedt wel te zeggen dat Denen zéér gedisciplineerde mensen zijn in verhouding tot Nederlanders. Troep in de vuilnisbak, netjes parkeren in vakken: je hoeft het ze niet te vertellen. Rode stoplichten zijn er om voor te stoppen, niet een aanmoediging om extra uit te kijken als je oversteekt. Dat helpt natuurlijk ook enorm in de uitstraling van een relaxete, schone, opgeruimde stad.

Geen opmerkingen: