Wisselende berichten over de Universiteit Leiden de afgelopen weken. Het goede nieuws is dat Leiden het hoogste of één na hoogste staat van alle Nederlandse universiteiten in de drie belangrijkste kwaliteitsindexen in de wereld, en bij de tien beste Europese universiteiten hoort.
Maar aan de andere kant trekt de universiteit ook dit jaar minder studenten dan gewenst en verliest het marktaandeel. Omdat universiteiten naar marktaandeel gefinancierd worden door het Rijk, moet de universiteit fors bezuinigen en oppassen dat het niet in een neerwaartse spiraal terecht komt. Daarbij komt het bericht dat het plan van de universiteit om nieuwe aansprekende studievarianten op te zetten is afgewezen door de Commissie Doelmatigheid Hoger Onderwijs.
Den Haag
Voor de Leidse stadseconomie is het essentieel dat de universiteit gezond is. Een groot deel van de economie draait op de aanwezigheid van de universiteit. Dat de universiteit steeds meer lonkt naar Den Haag maakt de bedreiging extra groot. Met een minder krachtige economie als drager van onder meer het culturele aanbod van de stad, de fysieke staat etcetera, staat de kwaliteit van de hele stad onder druk.
Eerst de stad, dan de studie
En dat heeft weer gevolgen voor.... de universiteit! Uit onderzoeken blijkt dat het gros van de studenten éérst de stad kiest en dán de studie. Een snelle rondgang langs Leidse alumni-collega's bevestigt dat. Dus wat je ook verzint aan nieuwe studies, en hoe hoog je ook op kwaliteitsindexen staat: het is niet de enige oplossing om aan meer eerstejaars te komen. Zeker zo belangrijk is dat je een stad biedt waar jonge mensen graag wonen, werken, uitgaan, recreëren.
Samen optrekken
Meer dan ooit is het daarom van belang dat gemeente en universiteit samen optrekken om van Leiden een aantrekkelijke stad te maken, zowel in de beeldvorming als in het echt. Voldoende studentenwoningen, een RGL, goed cultureel aanbod, goede winkels, aangename openbare ruimte etc.. Voorwaarde is dan wel dat de universiteit zich wil láten helpen. En dat ook uitstraalt, minder dreigt met: 'Als jullie niet snel wat doen, dan gaan we naar Den Haag.' De universiteit kan op alle niveaus bijvoorbeeld veel meer samenwerken met partijen in de stad aan vernieuwende initiatieven, óók rondom initiatieven die niet uit de universiteit zelf komen. De deelname aan Stadspartners is een mooi begin. En hoogleraren als Ton van Raan en Jos van den Broek geven het goede voorbeeld. Ik hoop dat ze meer navolging gaan krijgen.
4 opmerkingen:
Hoi Jeroen
dat vind ik interessant. Heb je een link naar dat onderzoek, dat studenten eerst de stad kiezen en dan de studie.
Een klein onderzoekje op google op de term "ik heb voor leiden gekozen omdat" geeft een iets ander beeld, maar ja dat zijn veelal interviews met modelstudenten die natuurlijk voor de inhoud komen...
In elk geval is het van groot belang dat de stad een aantrekkelijke uitstraling blijft houden.
Het is meerdere keren onderzocht. Het meest recente onderzoek is te verkrijgen bij SLS Wonen. Volgens mij een Kences-onderzoek.
Reactie van Wilfred Simons:
De Universiteit Leiden is een echte regio-universiteit. De noordgrens van die regio ligt bij Amstelveen, de zuidgrens zo bij Delft, onder Den Haag. De oostgrens ligt ergens bij Bodegraven/Driebruggen.
De aankomende studenten kennen Leiden vaak al goed, omdat ze er met hun ouders musea hebben bezocht of er kleding e.d. hebben gekocht. Een keuze voor een studie in de centrumstad ligt daarom voor de hand.
Het College van Bestuur klaagt zelf over het regionale karakter, omdat het zo niet strookt met de wens om excellent te zijn. Liever wil zij studenten trekken met haar goede wetenschappelijke reputatie. Juist daarvan weten aankomende studenten vaak maar weinig. Ze zijn meer bezig met volwassen worden en met de spanning om voor het eerst op kamers te gaan, deel te hebben aan het 'stadse leven'.
Vroeger had de Universiteit Leiden veel sterker een nationaal karakter. Tot in de jaren '80 trok Leiden veel studenten uit Noord-Brabant, Limburg en deels Gelderland (voor zover zij niet naar Utrecht gingen). We maakten er zelfs grapjes over: 'Limbabwe'. Sindsdien hebben we de opkomst gezien van de universiteiten van Rotterdam, Nijmegen, Tilburg en Maastricht. Daardoor is de noodzaak om naar het westen van het land te trekken, verminderd.
Tijdens mijn studietijd (2000-2006) ben ik echt heel veel studenten van buiten de regio tegengekomen hoor, van Groningen tot Limburg en Zeeland. Ik weet niet hoe dat in de jaren tachtig was, maar ik heb Leiden absoluut niet als een regio-universiteit ervaren.
De studenten komen vaak af op studies die alleen in Leiden (in een bepaalde vorm) aangeboden worden, zoals bijvoorbeeld sommige talenstudies. Helaas staan unieke (kleine) studies nog wel onder druk op deze universiteit.
Een reactie posten